De duinen.
In de duinen vind je veel zand. Dat zand voelt droog en warm aan als je het vastpakt. De zandkorrels zelf zijn rond en kleverig, want als je je hand op het zand legt en hem daarna er weer afhaalt zit het nog steeds op je hand. Ook hebben de zandkorrels een gele kleur, met wel een paar andere kleuren erbij. Het zand is op deze plek gekomen doorat er na een koude periode waarin in heel Nederland een dekentje dekzand werd afgezet, ontstond hier de heide. De boeren kwamen hier met hun schapen. Uiteindelijk vraten de schapen de heide kaal en het onderliggende dekzand kwam bloot te liggen, waardoor het ging verstuiven. Het komt dus kortom door de wind.
Eerst stonden er bomen op de hoge en de lage delen. Daarna verdwenen de bomen op de hoge gebieden. Daarna kwam er stuifzand op de hoge delen. Dat gebied werd steeds groter en het stuifzand kwam nu ook onder de bomen op de lage delen. En dat werd steeds en steeds groter.
Reactie plaatsen
Reacties
Je moeder